maandag 22 april 2019

The Hearth of Midlothian.

Sir Walter Scott: auteur of (rechts)historicus?



Het verhaal

Er zijn in deze roman van Sir Walter Scott (1771-1832) twee verhaallijnen. Enerzijds is er de zogenaamde "Porteous affair" en anderzijds volgen we de belevenissen van ene Jeanie Deans die een voettocht onderneemt van Edinburgh naar Londen om aldaar genade te vragen voor haar ter dood veroordeelde zus. 

In 1736 braken er bij de executie van een smokkelaar rellen uit te Edinburgh. De leider van "City Guards", kapitein John Porteous, beveelt zijn troepen om het vuur te openen op het volk. Verschillende personen werden hierbij gedood. Hij wordt op zijn beurt door een Schotse rechtbank ter dood veroordeeld. Zijn executie gaat echter niet door omwille van een genademaatregel. Dit resulteert in een volksopstand waarbij de "Old Tolbooth", gevangenis waar Porteous was opgesloten wordt bestormd. Deze plaats is ook gekend als "The Heart of Midlothian". Porteous wordt vervolgens gelyncht. Deze volksopstand wordt meesterlijk beschreven door de auteur.



Bij de bestorming blijkt dat de leider van de opstand, ene Robertson, op zoek is naar zijn geliefde, Effie Deans. Deze is er eveneens opgesloten wegens een beschuldiging van kindermoord. Effie weigert echter gebruik te maken van de kans om te ontsnappen.

De zus van Effie, Jeanie Deans, besluit te voet naar Londen te gaan om aldaar dus genade aan de Koning te vragen voor haar zus.  

Sir Walter Scott: een uitdaging!? 

Al heel wat van deze auteur gehoord en films gezien gebaseerd op zijn werk (Ivanhoe, Rob Roy..), maar nog niets van gelezen. Sir Walter Scott (1771-1832) werd geboren te Edinburgh alwaar hij later ook naar de universiteit ging. In 1792 werd hij 'advocate' (barrister) en vanaf 1799 tot aan zijn overlijden was hij magistraat (1799: Sheriff Depute for the County of Selkirk, 1806 :Clerk of Court of Session). Hij was initieel ook actief als dichter. Later begon hij romans te schrijven. In 1814 publiceerde hij, anoniem, zijn eerste roman : Waverley. Er volgden er heel wat meer. Voorts schreef hij ook kortverhalen en was nog actief als criticus.

Het lezen van dit boek, oorspronkelijk gepubliceerd in 1818, was toch wel een opgave. Scott is gek op geschiedenis. Hij wil alles zeer uitvoerig tot in het detail omschrijven. Of zoals hij stelt in deze roman (hoofdstuk XVI):

" Like the digressive poet Ariosto, I find myself under the necessity of connecting the branches of my story, by taking up the adventures of another of the characters, and bringing them down to the point at which we have left those of Jeanie Deans."

Er zijn ook tal van verwijzingen naar historische gebeurtenissen. In een latere versie voegde Scott daar nog verklarende voetnoten aan toe. In de uitgave die ik heb gelezen (Oxford World's Classics - aanrader!!) zijn er dan nog voetnoten van de editor (Claire Lamont van de universiteit New Castle). Van 'close reading' gesproken.

Dit heeft mij niet ontmoedigd. Het was een snelcursus Schotse geschiedenis. Zelfs af en toe een vreemde geschiedenis, bijvoorbeeld over spoken : '...it may be necessary to notice, that the old house of Dumbiedikes had, according to report, been long haunted by a Brownie, one of those familiar spirits, who were believed in ancient times to supply the deficiencies of the ordinary labourer - "Whirl the long mop, and ply the airy flail" '.

Dan is er nog het Schots. Sterk lijkend op het Engels maar soms toch zo verschillend. Gelukkig is er bij deze uitgave een glossary. Af en toe zijn er in dit Schots zelfs elementen die wijze op invloed van het Nederlands ('kirk' voor church, 'sea-maws voor sea-gulls).

En toch vond ik het een zeer aangename kennismaking met het werk van deze auteur. Vooral omwille van het gegeven dat er ook hier rechtshistorische elementen zijn.

Sir Walter Scott als rechtshistoricus.

Net als Charles Dickens' Bleak House zijn er belangrijke rechtshistorische elementen verwerkt in deze roman. Claire Lamont heeft ook uitstekend werk geleverd door in de voetnoten één en ander nog eens te verduidelijken. Ze maakte voor deze juridische elementen onder meer gebruik van nota's die omtrent de romans van Scott werden gemaakt door Lord Normand (1884-1962), Lord Justice General of Scotland en President of the Court of Session.

Het is vooreerst nuttig om te weten dat alhoewel Schotland en Engeland sedert 1707 werden samengevoegd door de 'Treaty of the Union' het Schots privaat recht verder onder invloed bleef van het Romeins recht, of beter Ius Commune.


Dit was ingevolge het gegeven dat er een assimilatie was vanaf 1707 van het publiek recht, in tegenstelling tot het privaat recht. Daar kon enkel een wijziging komen 'for the evident utility of subjects of Scotland'. Onder andere op basis van dit principe ging men eerder, dan een beroep te doen op het Common Law bij bepaalde lacunes, op zoek naar de oplossing bij andere gemengde rechtstelsels zoals het Zuid-Afrikaans recht of dat van de staat Louisiana.

Indicaties van de invloed van het Romeins recht vinden we op verschillende plaatsen terug in deze roman. Zo is er de uitspraak van een slachtoffer van een ongeval met een postkoets :

"After some altercation, in which something was said upon the edict Nautae, caupones stabularii, the coach went off, leaving the learned gentlemen to abide by their action of damages."  

Dit edict 'Nautae caupones stabularii' betreft een vermoeden van aansprakelijkheid die afkomstig is van een edict van de praetor (recht ontwikkeld door de praetor - soort van Minister van Justitie bij de Romeinen) omschreven in de Digesten (( nr. 4.9.1.)  (Digisten vormen een onderdeel van de Corpus Iuris Civilies - compilatie van het Romeins recht opgetekend in opdracht van keizer Justinianus (482/483-565) geciteerde verwijzing door Ulpianius).

Net als Dickens beschrijft Scott een rechtsprocedure. Hij neemt je mee in de tijd. Scott verklaart echter nog uitvoeriger het recht en hoe men hiermee omgaat. We leren echt iets van het oude Schotse recht. Zo is er op gegeven moment sprake van een "Doomster". Dit was de officier in de rechtbank die de doodstraf aankondigde, of zoals Scott zelf in een voetnoot verklaarde: 'The name of this officer is equivalent to the pronouncer of doom of sentence (..)'.

Heel wat is er te doen omtrent een wet die een vermoeden van kindermoord voorzag wanneer een moeder haar zwangerschap aan niemand kenbaar had gemaakt en haar kind sterft bij de geboorte (uit  :  voetnoot 23 van Scott Scottish Statute Book, anno 1690, chapter 21...). De jury was in dat geval verplicht de doodstraf uit te spreken. Scott laat het hier tot een confrontatie komen tussen deze harde wet (het recht) en de twee zussen (rechtsubject). Jeanie kan namelijk het leven van haar zus redden door te liegen wanneer ze als getuige wordt ondervraagd. Maar daar komt het probleem van de eed (The solemn oath, - 'the truth to tel, and no truth to conceal, as far as she knew or should be asked,' was then administered by the Judge 'in the name of God, and as the witness should answer to God at the great day of judgment'...(religie/geweten). Prachtige passage in dit boek!

Een aanrader voor iedere rechtshistoricus....Sophocles zijn Antigone in een ander tijdperk!

--

...voor invloed Romeins recht consulteerde ik ook 'Scotland as a Mixed Jurisdiction' in William M. Gordon, 'Roman law, Scots law and legal history. Selected essays.' Edinburgh studies in law, Edinburgh, 2007.  

Geen opmerkingen:

Een reactie posten